Rouwen: de hulp van een nieuwe vriend
Ineens ben je alleen. Je partner is er niet meer. Je voelt je vaak boos, in de war en verdrietig. Rouwen maakt je bang voor morgen. Je hebt behoefte aan contact, begrip. Er moeten toch meer mensen zijn zoals jij?
Ben moet afscheid nemen
Al jaren was hij druk met de zorg van zijn Marianne. Ze had een vorm van dementie. Dat maakte dat Ben meer en meer aan het zorgen was. Vroeger was ze altijd druk bezig. Ze stond voor iedereen klaar en wist haar mondje wel te roeren. Ze hadden plezier bij voorbereidingen van verjaardagen en speciale gelegenheden, dan verzorgden ze warme en koude buffetten. Ook werkte ze met veel plezier in de tuin. De laatste jaren ging het minder goed. Ze brak een heup, viel en liep een scheurtje op in haar bekken, ze viel in de slaapkamer en brak een bovenarm. Ze kreeg een open wond aan haar voet die maar niet wilde genezen en pas opgelost was na een operatie aan haar bloedvaten in haar been. Achteraf allemaal tekenen van dementie. Toch kwam niemand in het ziekenhuis op de gedachte om haar eens te laten testen. Bij de laatste opname werd Ben zo boos dat hij eiste dat er een test werd gedaan. Ze werd getest en de uitslag was duidelijk. De situatie verslechterde en zijn leven stond op z’n kop.
Op een maandagavond zaten ze samen in de huiskamer. Ineens was er een vreemde geluid, een diepe zucht, alsof ze moeite had met ademen. Ze reageerde niet meer. Hij belde 112 en al heel snel kwamen er mensen uit de buurt om te reanimeren en politie, ziekenhuisbroeders, het huis stond vol. Marianne had een hartstilstand gekregen. Na 20 minuten wist Ben dan het niet meer goed kwam, maar naar dertig minuten kreeg ze toch weer een hartslag. Ben is zelf BHV-er geweest en wist dat zo’n lange tijd zonder zuurstof geen goed teken was. Ze gaven haar zuurstof en gingen naar het ziekenhuis. Maar ze kwam niet meer bij kennis. Toen kwam de zwaarste beslissing in gesprek met de cardioloog. Als ze bij zou komen zou ze een kasplantje zijn. In overleg met haar zoon hebben ze moeten besluiten om haar te laten sterven. Ondanks de verwachting dat ze binnen anderhalf uur zou overlijden hebben we toch nog 2 nachten bij haar bed mogen waken. Ze was 72 jaar.

Daarna volgt een drukke tijd, met het organiseren van het afscheid. Ben vertelt: “Als alles voorbij is zit je daar alleen. Je ziet het niet meer zitten. Hoe moet het nu verder? Soms hoefde het voor mij ook allemaal niet meer zo. Gelukkig had ik mijn vriend nog, mijn trouwe hond Castor.
Elke week kwam er iemand van het GGZ om te kijken hoe het met Marianne ging. Na het overlijden hield ze contact met Ben. Ze zag dat hij het zwaar had en bracht hem in contact met Kitty Lumens, sociaal werker van ContourdeTwern. Kitty regelde dat Gio, een vrijwilliger van de bezoekdienst voor weduwen en weduwnaars, regelmatig bij Ben langs ging. Hij attendeerde Ben op de inloop van weduwe/weduwnaars bij De Poorten om koffie te drinken en de mogelijkheid om aan te sluiten bij de Contactcirkel Rouwverwerking.
Marianne verliest haar man
Ze hielden niet van stilzitten. Samen met haar Jan organiseerde ze busreizen, bezocht ze lezingen, ging ze een weekend weg, schilderen of zingen. Het leven was een feest! Tot Jan een hartaanval kreeg tijdens het autorijden. Ze raakten van de weg en de auto kwam tot stilstand tegen een boom. Marianne werd wakker in het ziekenhuis. Medicatie maakte de pijn van de vele breuken en kneuzingen te dragen. Door de enorme klap moest niet alleen haar lichaam herstellen, het hele eerste jaar na het ongeluk is een waas. Haar hoofd was druk, vol gedachten, een rommel. Dat kwam door de hersenschudding en het trauma. Ze beleefde het ongeluk telkens opnieuw. De boodschap dat haar man was overleden kwam niet echt bij haar binnen. Het besef dat ze na 48 jaar haar man kwijt was kwam pas naar een jaar.

“Ik zit alleen, ik zit voortaan altijd alleen. Dat was het moeilijkste. De kinderen en het bezoek gaan weer weg ’s avonds” vertelt Marianne over de periode waarin ze beseft dat Jan echt niet meer terug komt. Ze belde haar huisarts omdat ze behoefte heeft aan contact: “Er zijn toch meer mensen zoals ik?!”. De praktijkhulp stuurde haar naar wijkcentrum De Poorten. Maar hoe moest ze daar komen? Ze zal nooit helemaal herstellen na het ongeluk. Ze kan niet fietsen. Ze kwam in contact met Kitty Lumens, sociaal werker bij ContourdeTwern. Ze zorgde dat Marianne kon aansluiten bij de contactcirkel Rouwverwerking.
Contactcirkel Rouwverwerking
Marianne was alleen en wilde ervaringen van anderen horen. Ze kan gemakkelijk haar gevoelens uitten, ze praat gemakkelijk. Dat lucht op. En de mensen in de contactcirkel die horen en begrijpen het. Ook Ben kan zijn gedachten delen met gelijkgestemden, die weten en voelen wat hij doormaakt. Toch bleef Ben last houden van vervelende gedachten dat hij elke maandagavond ‘die avond’ herbeleeft en letterlijk instort als hij een ambulance hoort. Via de vrijwilliger van de contactdienst komt Ben in contact met een psychologe die hem met EMDR-sessies van deze gedachtes af helpt.
In de contactcirkel geeft Marianne aan dat ze graag vaker met iemand van gedachten zou willen wisselen over elkaars verwerking na het verlies van hun echtgenoten. Ben wil dat graag doen. Er volgen wekelijkse bezoekjes en hun contact is uitgegroeid tot een vriendschapsband. Ben helpt Marianne nu met haar verhuizing. Ben: “Door Marianne bloeide ik langzaam weer een beetje op en zie ik weer een beetje de zin van het leven. Het gemis van mijn eigen Marianne zal altijd blijven bestaan, ondanks de moeilijke tijden die er zijn geweest.”
Vriendschap
In de contactcirkel vonden Ben en Marianne troost, omdat mensen hetzelfde hadden meegemaakt. Maar door deze vriendschap gaan ze weer op pad. Ze vinden elkaar in gedeelde interesses. Of er ontstaat een nieuwe interesse. Zo zingt Ben voortaan ook in het Tilburg Byzantijns koor, gaan ze samen naar voorstellingen en helpt Ben Marianne bij haar verhuizing. Ze moedigen elkaar aan en leren nieuwe dingen.
De glans van het leven is weg, vertelt Marianne. Het is leuk, maar niet meer zo leuk als eerst. Soms heeft ze dagen waarop ze denkt ‘heeft het allemaal nog wel zin’. Maar je moet iets doen! Je moet iets van het leven maken. Probeer om bezig te blijven en vraag hulp. Welke dingen vind je nog wel leuk? Al is het maar een beetje: ga daar mee aan de slag. Zowel Ben als Marianne geven aan dat het belangrijk is om onder de mensen te komen. Er zijn verenigingen, kaartclubjes, inloopochtenden. De eerste keer is misschien moeilijk, maar doe het toch maar. Er komt echt een periode dat je er beter mee om weet te gaan.
Het leven is nu aan de korte kant. Het is fijn als je de tijd die je nog hebt leuk kunt invullen en elkaar een plezier kunt doen.
Marianne, deelneemster van Contactcirkel Rouwverwerking ContourdeTwern

Ben jij je partner verloren?
Wil jij ook ervaringen delen. Jouw verhaal vertellen of gewoon luisteren naar een ander? Samen lachen, huilen. Wij zien je graag.