Ze zien mij soms wel als ‘mister Jeruzalem’
2021 was weer een bewogen jaar! We toonden veerkracht, maakten impact en verlegden wederom de grenzen van ons kunnen samen met inwoners, vrijwilligers, samenwerkingspartners en collega’s. Wij bieden onze inwoners via onze buurt- en wijkcentra een fijne en veilige plek in de buurt waar ze tot hun recht kunnen komen, zich verbonden voelen met anderen, kunnen leren en floreren en toegankelijke hulp en ondersteuning ontvangen. Dit kunnen we natuurlijk nooit alleen. Vele mensen maken deze stad tot een stad om trots op te zijn. Hier lees je het verhaal van Cees over vrijwilligerswerk bij wijkcentrum Jeruzalem.
Cees Bakker is al 20 jaar vrijwilliger in wijkcentrum Jeruzalem in de gelijknamige wijk. Cees: “Ik woon hier nu 30 jaar. Ooit kwam ik voor de liefde vanuit Leiden naar Brabant. Via Breda en Oosterhout kwam ik uiteindelijk in Tilburg terecht.
Zo’n 20 jaar geleden maakte Cees kennis met het wijkcentrum. “Ik ging er regelmatig een bakkie koffie drinken. Zeker toen mijn vrouw 15 jaar geleden overleed en ik een paar jaar laten met pensioen ging. Nu ben ik er zowat elke dag, vaak al vanaf ’s morgens vroeg.”
Mr Jeruzalem
Geleidelijk rolde Cees ook het vrijwilligerswerk in. Cees: “Dat kun je wel zeggen. Ik verzorgde 13 jaar lang het ontbijt, draaide Kerstdiners en organiseerde met anderen de rommelmarkt. 10 jaar lang was ik voorzitter van het project ‘Verrijk je wijk’. Nu sta ik achter de bar. Ik ken het hele bedrijf. Ze zien mij soms wel als ‘mister Jeruzalem’. Als er iets is, bellen ze mij.”
Cees straalt onmiskenbaar trots uit als het gaat om deze wijk én dit wijkcentrum. “Jeruzalem is een hele mooie wijk, met kleurrijke mensen. Een echte volksbuurt, heel gezellig met hier en daar wat rauwe kantjes. De laatste jaren is er veel veranderd. Aan de waterkant is een aantal koopwoningen gebouwd, dat betekent ook nieuwe gezichten in de wijk. Gelukkig komen die mensen ook in het wijkcentrum. Je ziet soms wel dat mensen aan elkaar moeten wennen, maar in de regel matcht het goed. Voor ons als barteam is het eenvoudig: we willen er zijn voor iedereen.”
Voor mij is iedereen gelijk
Collega’s roemen Cees vooral om zijn sociale kwaliteiten. Cees: “Het helpt misschien dat ik altijd als stoffeerder heb gewerkt. In dat vak kom je bij alle soorten mensen over de vloer, bij mensen met gouden kranen, maar ook bij mensen die het gewoon niet breed hebben. Voor mij is altijd iedereen gelijk, ik maak geen verschil. Verder ben ik heel direct. Als iemand me achter de bar roept met ‘hé’ dan luister ik niet. Als diegene dan vervolgens toch mijn naam noemt zeg ik, ‘oké nu heb ik je gehoord’.”
De verbouwing van Jeruzalem heeft volgens Cees voor een hele positieve impuls gezorgd. Cees: “Zeker. Zowel oude als nieuwe bezoekers zijn onder de indruk. Het is een schitterend buurthuis geworden, met een hele mooie keuken. Vroeger was hier eigenlijk weinig te doen, maar nu barst het van de activiteiten. Een nieuw initiatief is een gratis lunch voor bezoekers
van de Voedselbank. Een kok komt dat hier iedere maand klaarmaken. Iedereen is er erg enthousiast over.”
Wil jij niet even achter de bar?
Achter de bar staat Cees graag met beheerder Miranda. Cees: “Zij is degene die me ooit de vraag stelde ‘Wil jij niet even achter de bar staan?’. Mooi is dat, nu sta ik er al jaren zowat elke dag. Nog steeds werken we heel veel samen. We zijn helemaal op elkaar ingespeeld.”
Alles op uur en tijd
Als Jeruzalem na de tijdelijke sluiting vanwege corona weer open is, spreken we Cees opnieuw. “Corona heeft helaas een tijdje gezorgd dat alles stil kwam te liggen. Nu komt het weer op gang. Ik ben een man van structuur, eigenlijk doe ik alles op uur en tijd. Dat zal ik wel van mijn moeder hebben. Toen mijn vader er met een andere vrouw van door ging, heeft zij me alleen opgevoed. Ze heeft dat heel goed gedaan, ze was net als ik erg duidelijk. 12 uur thuis was ook 12 uur thuis. Ook moest ik naast mijn werk bij V&D als leerling-stoffeerder van haar naar de avondschool. Anderen gingen lekker naar de bioscoop, maar ik dus naar de avondschool. Daar ben ik niet slechter van geworden. Dat disciplineerde heb ik nog steeds. Iedere ochtend om half 7 sta ik op. Om 9 uur open ik de deur van Jeruzalem. In de vakanties en tijdens coronatijd was ik ook iedere dag even hier om de planten water te geven en om het toilet een keer door te spoelen. Net in die tijd ging de koffieautomaat kapot. Heb ik ook maar even gemaakt, dan hoeft er geen monteur voor te komen!”
Een georganiseerd leven
Ook na ‘werktijd’ ziet Cees zijn leven er georganiseerd uit. “Ik ben geen kroegenloper maar pik wel graag een terrasje, het liefst bij de Carrousel. Iedere zondagochtend zit ik met een vast groepje bij de HEMA. In de avonduren ben ik lekker thuis aan de gang als zendamateur, al vanaf mijn 14e is dat een hobby van me. Gesprekken met vreemde mensen over van alles en nog wat. Een keer had ik contact met een Amerikaanse piloot die onderweg was om een stad in Irak te bombarderen. Bizar!”
Gezond leven is zeker ook een thema voor Cees. “Mijn moeder overleed op haar 62e. Mijn ene zus overleed op haar 39e aan kanker, de andere zus werd ook maar 54. Ik hield als jonge vent van het leven. Veel roken. Lekker eten. Met als gevolg dat ik veel te zwaar was. Op mijn 45e kreeg ik een zware hersenbloeding. En twee dagen later nog een. De arts in het ziekenhuis zei tegen me dat ik gewoon iedere dag een borreltje moest nemen, niet meer. Die raad heb ik maar opgevolgd.
Ik neem nog steeds iedere avond één borreltje. Daarna slaap ik als een os. Met roken ben ik wel gestopt, nu 21 jaar geleden. Ieder jaar doe ik mee aan het ouderenonderzoek. Je wordt dan gewogen en ze meten je bloeddruk op. Noem het maar een soort APK.
Ze zeggen daar dat ik 100 word. Ik ben nog steeds in hele goede conditie, wat mij betreft ga ik tot mijn 80e door in Jeruzalem. Over wat ik dan ga doen, heb ik eerlijk gezegd geen idee. Jij weet toch ook niet wat je nog allemaal overkomt, toch?”
Privé is privé
Zo sociaal als Cees overdag bezig is, zo gesteld is hij op zijn privacy. “Ik heb heel veel contacten. Maar ik haal nooit iemand in huis. Privé is voor mij privé. Die eigen ruimte, daar voel ik me het beste bij. Toen ik mijn eerste vrouw ontmoette, was ik nog heel erg jong. We waren in verwachting toen ik nog maar 18 was. Uit dat eerste huwelijk heb ik een zoon van 55 en een dochter van 57. Ik heb een kleindochter en zelfs een achterkleinkind. Mijn tweede vrouw is helaas overleden, een topvrouw. Ik mis haar nog steeds. Mijn collega’s bij Jeruzalem vinden dat ik al veel te lang alleen ben. Ze zeggen dat ze me op gaan geven voor Lang Leve de Liefde. We gaan het zien.”
Wil je meer lezen over ons werk in 2021? Kijk dan hier.